Eelco Braakman en Jeannette Levels-Vermeer

Er is nog veel winst te behalen binnen duurzame techniek

0 ·Leestijd: 4:30

Maatschappelijk gezien wordt circulariteit de norm. Daarom moeten organisaties vandaag nog hun maatschappelijke relevantie aantonen. Dit is nodig om investeerders - nu en in de toekomst - aan zich te binden. Maar ook om de CO2-footprint te verkleinen en nieuwe financiële business modellen mogelijk te maken.

Maar gaan circulariteit en technologische ontwikkeling wel samen? Staat hergebruik de innovatie van producten en materialen niet in de weg? Tijdens het webinar ‘Hoe bouwt Nederland in 2050?’ bleek dat verreweg de meeste deelnemers vinden dat het een het ander niet uitsluit.

Uitslag pollvraag tijdens het webinar 'Hoe bouwt Nederland in 2050?'

Eelco Braakman, projectmanager bij Stevens van Dijck en Jeannette Levels, adviseur op het gebied van duurzaamheid bij LBP|SIGHT zetten het nog wat stelliger neer: “Circulariteit en technologische ontwikkeling gaan juist goed samen.” Alleen wordt dit gedachtegoed nog niet door elke branche omarmd. “In de bouwkundige markt is men al een eind op weg om meer circulair te denken en te ontwikkelen. Maar binnen de traditionelere installatiebranche speelt dit nog niet zo”, stelt Eelco. “Er is nog weinig drive om uit de comfortzone te stappen en meer flexibiliteit te tonen – onder andere door de grote hoeveelheid werkvoorraad.” Volgens beide deskundigen is in deze branche nog zoveel winst te behalen. Maar hoe krijgen we de installatietechniek mee in de circulaire transitie?

Per type installatie kijken wat haalbaar en wenselijk is

Installaties hebben vaak een relatief korte levensduur in vergelijking met de constructieve en bouwkundige elementen van een bouwwerk. Ook ontwikkelt de techniek van installaties snel. Dus je kunt je afvragen of circulariteit haalbaar is binnen de installatiebranche. Volgens Jeannette loont het juist vanwege de korte levensduur om hier slim – circulair – mee om te gaan. “Installaties kunnen best langer meegaan, zonder dat er meteen sprake is van een verouderd product. Want hoe sterk zijn de ontwikkelingen nog na verloop van tijd? Bovendien zijn er veel technieken die je met een kleine aanpassing, een na-installatie of een upgrade, energiezuiniger kan maken. Bij ICT-hardware ligt dat bijvoorbeeld anders: dan is het misschien wel een betere strategie om heel hoogwaardig te recyclen, omdat die producten nog wel snel verouderd zijn.”

"Hoe gaaf is het wanneer we een gebouw daadwerkelijk als materialenmagazijn zien?"

Meer schaal voor een succesvol circulaire business case

Bovendien wordt door slim te investeren in de installaties een nieuwe restwaarde gegenereerd. Niet alleen krijgt het gebouw door de flexibele inzet meer gebruikswaarde, maar ook de financiële restwaarde van de materialen is hoger. Eelco: “Hoe gaaf is het wanneer we een gebouw daadwerkelijk als materialenmagazijn zien en voor een nieuw ontwerp putten uit een database van vrijkomende materialen uit andere gebouwen?”

Volgens Eelco is het probleem alleen dat bijvoorbeeld een nieuw noodstroomaggregaat veel goedkoper is, dan de oude uit elkaar halen, reviseren en weer in elkaar zetten. “Nu schepen we het oude, vervuilende aggregaat naar Afrika. Maar is dat wat we moeten willen? Het blijkt binnen de installatiebranche in de praktijk moeilijk om vanuit een circulaire insteek tot een valide business case te komen.” “Dan is dus de vraag: hoeveel schaal heeft zo’n partij nodig om het wél interessant te maken?” reageert Jeannette. “Hierin moeten fabrikanten ook hun rol pakken.” Ze ziet namelijk, wanneer ze levenscyclusanalyses (LCA’s) maakt voor de installatietechniek, dat 80% standaardmaten zijn en 20% maatwerk. “Fabrikanten maken al een flinke stap voorwaarts als ze hun product zó in elkaar zetten dat je in elk geval die 80% goed kunt hergebruiken.”

Transparantie in de keten

Een andere manier om de levensduur van installaties te verlengen is het ‘as a service’-concept. “Alleen,” zo geeft Jeannette aan, “is het op dit moment moeilijk om binnen de installatieketen bijvoorbeeld ‘warmte as a service’ bespreekbaar te maken. Dit komt omdat het binnen deze keten niet transparant is wie welke toegevoegde waarde levert. De installatieketen bestaat uit allemaal losse schakels, waarbij het product telkens wordt doorverkocht: van de producent, via de groothandel, de installateur en de aannemer, naar de klant. In andere ketens zie je dat de producent direct aan de klant verkoopt en hiervoor zelf logistiek, installatietechnici, enzovoort inhuurt. De producent weet dan precies wie wat doet en kan makkelijk het gesprek over het ‘as a service’-concept aangaan.”

"Het is veel interessanter om te kijken naar de kosten op de lange termijn."

De opdrachtgever die ook verantwoordelijkheid neemt…

Toch is het niet alleen de keten die moet veranderen: ook de opdrachtgever speelt een belangrijke rol. Jeannette: “Het is zaak dat contracten op een andere manier worden ingestoken en dat we op een andere manier naar de omgang met elkaar kijken. Wie kan welke verantwoordelijkheid pakken?”

Ter illustratie noemt ze de installatieadviseur. “Die werkt voor een afgesproken bedrag aan een ontwerp. Dus een innovatieve techniek – wat meer uitzoekwerk betekent – houdt zo iemand bij voorkeur af.” Hoe zorg je ervoor dat de installatieadviseur toch de ruimte voelt om mee te gaan met innovatieve techniek? We moeten wat Jeannette betreft in elk geval af van de focus op de stichtingskosten – de kosten voor de bouw van een onroerende zaak – binnen een ontwikkeling. “Dit is maar een heel klein deel van de totale vastgoedlasten. Het is veel interessanter om te kijken naar de kosten op de lange termijn. Zet een installateur bijvoorbeeld meteen een installatie neer die meer duurzaam en toekomstbestendig is? Dan gaan ze anders, meer presentatiegericht meten. Want elk ritje dat de monteur niet hoeft te maken, is winst.”

… en zich bewust is van zijn invloed

Met het Nationale Nederlanden-project dat LBP|SIGHT met Stevens Van Dijck heeft uitgevoerd, stond de opdrachtgever open voor een vernieuwend proces rond aanbesteden. Dit geldt ook voor De Nederlandsche Bank, bij de renovatie van het hoofdkantoor. Eelco: “Juist deze grote opdrachtgevers openen deuren en maken meer dingen mogelijk. Partijen zijn namelijk bereid om een stapje verder te gaan als het om dit soort projecten gaat. Dus de marktformatie, met de grote opdrachtgevers voorop, is een belangrijke versneller”, zegt Eelco. “En onze rol is om het geweten te zijn van de opdrachtgever en om de maximale ambitie eruit te halen.”

 

Over dit drieluik

Hoe geven we richting aan de circulaire transitie? Tijdens ons webinar ‘Hoe bouwt Nederland in 2050?’ in de Week van de Circulaire Economie bleken de thema’s sturing, duurzaamheid en maatschappij hierbij een bepalende rol te spelen. In dit artikel staan we stil bij het tweede thema: duurzaamheid. Houd deze website of onze LinkedIn-pagina in de gaten voor deel drie van dit drieluik.

Vind je dit een interessant artikel? Deel het met je netwerk.

Reacties

Schrijf een reactie